1 april 1933

1 april 1933

Joodse filmers verdreven uit Duitsland

Joodse filmers verdreven uit Duitsland
17/02/2011
anhangers van Adolf Hitler, die in januari 1933 was benoemd tot Rijkskanselier van Duitsland, stonden op de ochtend van de eerste april van datzelfde jaar opgesteld voor deuren van joodse winkeliers en ondernemers. Vanaf 10.00 uur ging de zogenaamde ‘Jodenboycot’ in, de eerste officiële actie van het bewind gericht tegen de joodse bevolking van Duitsland dat zou eindigen in de Holocaust. Hoewel vele Nazi’s diezelfde avond weer huiswaarts keerden en de boycot een aantal dagen later officieel weer werd opgeheven, was de toon op hardhandige wijze gezet. Ook voor de filmindustrie had deze actie grote gevolgen. 
De filmproductie in Duitsland stond vanaf dat moment bijna helemaal stil, in afwachting van nieuwe wetten en gedragscodes die werden aangekondigd. Terwijl het bewind bezig was haar grip op de filmindustrie te verstevigen, hadden veel productiemaatschappijen al na 1 april een eigen - niet van hogerhand opgelegd - beroepsverbod voor joodse werknemers ingevoerd. Toen in de zomer de filmstudio’s weer volop begonnen te draaien, waren de vaklieden met een joodse achtergrond al verdreven uit de Duitse filmwereld.

Een uitloop van joodse filmmakers en technici naar omringende landen als Oostenrijk, Hongarije, Frankrijk, Engeland, Zwitserland en Nederland was het gevolg. In Nederland kwam het hierdoor zelfs tot een bloei in de filmproductie, die echter in 1940 ruw werd afgebroken door de Duitse militaire inval. Vanwege deze agressieve politiek van Hitler was er na 1940 eigenlijk nog maar één plek waar joodse filmlieden terecht konden: Hollywood. Velen hebben dat echter nooit gehaald.
Naam:
E-mail:

Uw e-mailadres wordt niet getoond.